Vijf gemeenten, zes natuurorganisaties, twee overheden en twee regionale landschappen slaan de handen in mekaar om samen te werken aan meer natuur en natuurverbindingen rond het Zoniënwoud. Met Plan Vliegend Hert willen we samen de bestaande brokken natuur met elkaar verbinden door hagen, bomenrijen en bos aan te planten, poelen te graven, speelplaatsen en kerkhoven te vergroenen… Zo worden op termijn de 3 Brabantse wouden Hallerbos, Zoniënwoud en Meerdaalwoud met elkaar verbonden tot één groen geheel.
Het vliegend hert
Het vliegend hert is de grootste kever van Europa. Om te kunnen uitbreiden heeft het vliegend hert een aaneengesloten leefgebied nodig, en dat is precies wat Plan Vliegend Hert wil bereiken. Als de reuzenkever zorgeloos van Tervuren naar Sint-Genesius-Rode kan fladderen, via bossen, boomgaarden en brede hagen, is het project geslaagd. Daarom is het vliegend hert onze mascotte.
In regio Zennevallei hebben we kleine, geïsoleerde populaties vliegend hert, die alle hulp goed kunnen gebruiken. Daarom zetten we vanuit het regionaal landschap gericht in op het versterken van deze populaties. Omdat de soort weinig mobiel is (vrouwtjes verplaatsen zich maar tientallen tot honderden meters van hun geboorteplaats), is het voor het vliegend hert enkel zinvol om broedhopen aan te leggen vlakbij de bestaande populaties in Huizingen, Alsemberg en Sint-Genesius-Rode.
Broedhoop
Om onze koesterbuur te helpen, leggen we broedhopen aan. Dat zijn bundels van ingegraven stammen hard loofhout. Deze langzaamaan verterende houtstronken vormen het voedsel voor de larven van het vliegend hert. Zijn broedhopen in andere gemeentes dan niet nuttig? Tuurlijk wel! Er zijn heel wat soorten ongewervelden die leven in en rond dood hout. Denk maar aan sluipwespen, gouden tor, neushoornkever, … En ook het ‘klein vliegend hert’ komt in de regio voor. Wie buiten onze zoekzones valt, kan zelf eenvoudig een grote of kleine broedhoop bouwen.